Hier vind je alle eisen voor jouw nieuwe kleur band als je bij Judo Vianen examen doet.
Deze pagina is nog in ontwikkeling en zal later worden aangevuld met afbeeldingen.
Als je wilt weten welke techniek het is, kan je deze nu het beste even googlen.

Wanneer doe je examen?
Tot 12 jaar krijgt de judoka tweemaal per jaar een uitnodiging voor het examen (januari en juni/juli) om een nieuwe slip of band te verdienen. Alleen bij uitzondering kan een judoka onder de twaalf niet deelnemen aan een examen. Vereiste is wel dat een nieuwe judoka al een aantal lessen heeft gehad voor deze examen kan doen.
Judoka’s van 12 jaar en ouder doen één keer per jaar examen voor een nieuwe band. Deze judoka’s krijgen geen slippen meer.
Voor groene, blauwe en bruine band moet de judoka het examen zelf aanvragen en krijgt dus niet automatisch een uitnodiging. Deelname aan het examen gaat altijd in overleg met de trainers.
Voor welke band doe je examen?
Extra uitleg bij de exameneisen
- Omstrengelingen / Verwurgingen zijn voor het examen toegestaan vanaf 8 jaar.
In wedstrijden mag dit pas in de categorie -15. - Offerworpen (Sutemi) moeten in het examen worden getoond vanaf 11 jaar.
In wedstrijden mag dit pas in de categorie -15. - Armklemmen moeten in het examen worden getoond vanaf 11 jaar.
In wedstrijden mag dit pas in de categorie -21.
Wie? Nou degene die samen judoën.
Tori is de uitvoerder van een techniek en uke is degene die het ondergaat.
Voorbeelden:
Maak je een worp? Dan ben je Tori.
Word je geworpen? Dan ben je Uke.
Heb je een houdgreep vast? Dan ben je Tori.
Lig je in een houdgreep? Dan ben je Uke.
Het judo kent zes spelsituaties:
1. Vanuit worp
2. Uke bok
3. Uke buik
4. Uke rug
5. Tori rug
6. Tori bok
Bij elke band staat aangegeven uit welke situaties een judoka technieken in het ne-waza (grond judo) moet demonstreren. De judoka is vrij in de keus welke techniek (behalve als de leraar hier om vraagt) en hoe de techniek gedemonstreerd wordt. Direct of vanuit een dynamische beweging, zoals een kantel- of passeertechniek.
Alle technieken worden vanuit een realistische situatie gedemonstreerd, zowel staand als op de grond.
Staande technieken (tachi-waza) worden zowel links als rechts in beweging gedemonstreerd en in meerdere richtingen.
Technieken op de grond (ne-waza) worden gedemonstreerd vanuit een een spelsituatie en moeten elkaar, zonder stop, logisch opvolgen.
Hoe hoger de band hoe realistischer en logischer het geheel moet zijn.
In het judo zijn er 8 richtingen waarin worpen kunnen worden uitgevoerd, dit zijn de richtingen waarin je uke uit balans kunt brengen. Dit heet happo no kuzushi. De cirkelbeweging is een extra beweging welke niet tot de originele 8 behoort.
Tot oranje band demonstreert een judoka minimaal 2 richtingen.
Tot blauwe band minimaal 5 richtingen (incl. circkel).
Voor bruine band alle richtingen.
Voor elke band geldt minimaal één techniek per gevraagde richting kunnen demonstreren.
Judoka’s oefenen de technieken zowel links als rechts en kunnen deze ook op het examen demonstreren.
Tot oranje band demonstreert een judoka minimaal 4 worpen links en rechts.
Tot blauwe band minimaal 10 worpen links en rechts
Voor bruine band bijna alle worpen links en rechts.
Niet alle technieken die wij hier benoemen voor het examen zijn benodigd voor de zwarte band (1e dangraad). Wij vinden deze technieken een leuke en mooie toevoeging op het arsenaal van de judoka. Ook biedt het de judoka keus wanneer deze opgaat voor zwarte band, zo heb je altijd iets achter de hand als je iets bent vergeten.
Je herkent de bonus technieken aan het sterretje (*) achter de naam.
Gele band
Groeten
- za-rei (geknielde groet)
- ritsu-rei (rechtstaande groet)
Valbreken
- ushiro-ukemi (achterwaartse val)
- yoko-ukemi (zijwaartse val)
- zempo-kaiten (voorwaarts rollen)
Tachi-waza
Te-waza
(arm- en schoudertechnieken)
- ippon-seoi-nage
- tai-otoshi
- kuchiki-taoshi*
Koshi-waza
(heuptechnieken)
- o-goshi
- tsuri-goshi
Ashi-waza
(beentechnieken)
- de-ashi-barai
- o-soto-gari
Ne-waza
Katame-waza
(houdgrepen)
- kesa-gatame
- yoko-shiho-gatame
Eisen bij houdgrepen
- 1 variatie op één houdgreep (= iets anders vastpakken dan de basistechniek)
- 1 bevrijding op één houdgreep (= houdgreep verbreken of volledig ontsnappen)
Jime-waza - 8+ jaar
(omstrengelingen)
- kata-juji-jime
- nami-juji-jime
- gyaku-juji-jime
Spelsituaties
- Uke bok
- Uke buik
Eisen bij spelsituaties
- Eén controletechniek per situatie
Oranje band
Groeten
- za-rei (geknielde groet)
- ritsu-rei (rechtstaande groet)
Valbreken
- ushiro-ukemi (achterwaartse val)
- yoko-ukemi (zijwaartse val)
- zempo-kaiten (voorwaarts rollen over bok, zonder been overheen te plaatsen)
Tachi-waza
Te-waza
(arm- en schoudertechnieken)
- ippon-seoi-nage
- tai-otoshi
- morote-seoi-nage
- kuchiki-taoshi*
Koshi-waza
(heuptechnieken)
- o-goshi
- tsuri-goshi
- uki-goshi
- ushiro-goshi (als overname)
Ashi-waza
(beentechnieken)
- de-ashi-barai
- o-soto-gari
- o-uchi-gari
Sutemi-waza - 11+ jaar
(offerworpen)
- tani-otoshi (als overname)
Hikikomi-waza - 11+ jaar
(opofferen én volgen)
- o-uchi-maki-komi
Renraku-waza en Gaeshi-waza
(combinaties en overnames)
- 1 combinatie
- 1 overname
Reageren
- op duwende uke*
Ne-waza
Katame-waza
(houdgrepen)
- kesa-gatame
- yoko-shiho-gatame
- tate-shiho-gatame
- kami-shiho-gatame
Eisen bij houdgrepen
- 1 variatie op twee houdgrepen
- 1 bevrijding op twee houdgrepen
Jime-waza 8+ jaar
(omstrengelingen)
- kata-juji-jime
- nami-juji-jime
- gyaku-juji-jime
- hadaka-jime
Kansetsu-waza - 11+ jaar
(armklemmen)
- ude-hisihigi-juji-gatame
Spelsituaties
- Uke bok
- Uke buik
- Uke rug
- Tori rug
Eisen bij spelsituaties
- Eén controletechniek per situatie
Groene band
Let op: dit band examen moet je aanvragen bij je trainer.
Groeten
- za-rei (geknielde groet)
- ritsu-rei (rechtstaande groet)
Valbreken
- ushiro-ukemi (achterwaartse val)
- yoko-ukemi (zijwaartse val)
- zempo-kaiten (voorwaarts rollen)
Tachi-waza
Te-waza
(arm- en schoudertechnieken)
- ippon-seoi-nage
- tai-otoshi
- morote-seoi-nage
- kuchiki-taoshi*
Koshi-waza
(heuptechnieken)
- o-goshi
- tsuri-goshi
- uki-goshi
- ushiro-goshi
- koshi-guruma
- tsurikomi-goshi
- harai-goshi
Ashi-waza
(beentechnieken)
- de-ashi-barai
- o-soto-gari
- o-soto-gake* (als overname)
- o-uchi-gari
- ko-uchi-gari
- hiza-guruma
Sutemi-waza - 11+ jaar
(offerworpen)
- tani-otoshi
- sumi-gaeshi
Hikikomi-waza - 11+ jaar
(opofferen én volgen)
- o-uchi-maki-komi
- o-soto-gari-hikikomi
Renraku-waza en Gaeshi-waza
(combinaties en overnames)
- 2 combinaties
- 2 overnames
Reageren
- op duwende uke*
- op trekkende uke*
Ne-waza
Katame-waza
(houdgrepen)
- kesa-gatame
- yoko-shiho-gatame
- tate-shiho-gatame
- kami-shiho-gatame
- kata-gatame*
Eisen bij houdgrepen
- 1 variatie op drie houdgrepen
- 1 bevrijding op drie houdgrepen
Jime-waza 8+ jaar
(omstrengelingen)
- kata-juji-jime
- nami-juji-jime
- gyaku-juji-jime
- hadaka-jime
- katate-jime*
Kansetsu-waza 11+ jaar
(armklemmen)
- ude-hishigi-juji-gatame
- ude-garami
Sankaku-waza
(driehoeksverwurging)
- Eén sankaku naar keuze
Spelsituaties
- Uke bok
- Uke buik
- Uke rug
- Tori rug
- Tori bok
Eisen bij spelsituaties
- Twee controletechnieken per situatie
Blauwe band
Let op: dit band examen moet je aanvragen bij je trainer.
Groeten
- za-rei (geknielde groet)
- ritsu-rei (rechtstaande groet)
Valbreken
- ushiro-ukemi (achterwaartse val)
- yoko-ukemi (zijwaartse val)
- zempo-kaiten (voorwaarts rollen)
- mae-ukemi (vrije val)
Tachi-waza
Te-waza
(arm- en schoudertechnieken)
- ippon-seoi-nage
- tai-otoshi
- morote-seoi-nage
- kuchiki-taoshi*
- kata-guruma
- morote-gari*
Koshi-waza
(heuptechnieken)
- o-goshi
- tsuri-goshi
- uki-goshi
- ushiro-goshi
- koshi-guruma
- tsurikomi-goshi
- harai-goshi
- hane-goshi*
Ashi-waza
(beentechnieken)
- de-ashi-barai
- o-soto-gari
- ko-soto-gake*
- o-uchi-gari
- ko-uchi-gari
- hiza-guruma
- okuri-ashi-barai
- sasae-tsurikomi-ashi
Sutemi-waza - 11+ jaar
(offerworpen)
- tani-otoshi
- sumi-gaeshi
- tomoe-nage
- yoko-guruma*
Hikikomi-waza - 11+ jaar
(opofferen én volgen)
- o-uchi-maki-komi
- o-soto-gari-hikikomi
- sumi-gaeshi-hikikomi
Renraku-waza en Gaeshi-waza
(combinaties en overnames)
- 3 combinaties
- 3 overnames
Reageren
- op duwende uke*
- op trekkende uke*
Ne-waza
Katame-waza
(houdgrepen)
- kesa-gatame
- yoko-shiho-gatame
- tate-shiho-gatame
- kami-shiho-gatame
- kata-gatame*
Eisen bij houdgrepen
- 1 variatie op vier houdgrepen
- 1 bevrijding op vier houdgrepen
Jime-waza 8+ jaar
(omstrengelingen)
- kata-juji-jime
- nami-juji-jime
- gyaku-juji-jime
- hadaka-jime
- katate-jime*
- okuri-eri-jime
- kataha-jime
Kansetsu-waza 11+ jaar
(armklemmen)
- hisihigi-gatame groep = gestrekt
- – met lies = juji-gatame
- – met oksel = waki-gatame*
- – met handen = ude-gatame
- ude-garami groep = verdraaien
Sankaku-waza
(driehoeksverwurging)
- Twee sankaku naar keuze
Spelsituaties
- Uke bok
- Uke buik
- Uke rug
- Tori rug
- Tori bok
Eisen bij spelsituaties
- Twee controletechnieken per situatie
Bruine band
Let op: dit band examen moet je aanvragen bij je trainer.
Groeten
- za-rei (geknielde groet)
- ritsu-rei (rechtstaande groet)
Valbreken
- ushiro-ukemi (achterwaartse val)
- yoko-ukemi (zijwaartse val)
- zempo-kaiten (voorwaarts rollen)
- mae-ukemi (vrije val)
Tachi-waza
Te-waza
(arm- en schoudertechnieken)
- ippon-seoi-nage
- tai-otoshi
- morote-seoi-nage
- kuchiki-taoshi*
- kata-guruma
- morote-gari*
Koshi-waza
(heuptechnieken)
- o-goshi
- tsuri-goshi
- uki-goshi
- ushiro-goshi
- koshi-guruma
- tsurikomi-goshi
- harai-goshi
- hane-goshi*
Ashi-waza
(beentechnieken)
- de-ashi-barai
- o-soto-gari
- ko-soto-gake*
- o-uchi-gari
- ko-uchi-gari
- hiza-guruma
- okuri-ashi-barai
- sasae-tsurikomi-ashi
- uchi-mata
Sutemi-waza - 11+ jaar
(offerworpen)
- tani-otoshi
- sumi-gaeshi
- tomoe-nage
- yoko-guruma*
- yoko-tomoe-nage
Hikikomi-waza - 11+ jaar
(opofferen én volgen)
- o-uchi-maki-komi
- o-soto-gari-hikikomi
- sumi-gaeshi-hikikomi
- ko-uchi-maki-komi
Renraku-waza en Gaeshi-waza
(combinaties en overnames)
- 4 combinaties
- 4 overnames
Reageren
- op duwende uke*
- op trekkende uke*
Ne-waza
Katame-waza
(houdgrepen)
- kesa-gatame
- yoko-shiho-gatame
- tate-shiho-gatame
- kami-shiho-gatame
- kata-gatame*
Eisen bij houdgrepen
- 1 variatie op vijf houdgrepen
- 1 bevrijding op vijf houdgrepen
Jime-waza 8+ jaar
(omstrengelingen)
- kata-juji-jime
- nami-juji-jime
- gyaku-juji-jime
- hadaka-jime
- okuri-eri-jime
- kataha-jime
- katate-jime*
- morote-jime*
- tsukomi-jime*
Kansetsu-waza 11+ jaar
(armklemmen)
- hisihigi-gatame groep = gestrekt
- – met lies = juji-gatame
- – met oksel = waki-gatame*
- – met handen = ude-gatame
- – met knie = hiza-gatame*
- – met buik = hara-gatame*
- ude-garami groep = verdraaien
Sankaku-waza
(driehoeksverwurging)
- Drie sankaku naar keuze
Kata
Volgorde van:
- serie 1 t/m 3 Nage-No-Kata
- katame-no-kata
Spelsituaties
- Uke bok
- Uke buik
- Uke rug
- Tori rug
- Tori bok
Eisen bij spelsituaties
- Drie controletechnieken per situatie*